Rangschikking
11e prijs
Tekst paradegids
Op de dorpen waren de mensen vaak ambachtelijk bezig. Ze voorzagen in hun levensbehoefte, door het vervaardigen en verkopen (soms ruilen) van hun producten. Zo trof je ondermeer aan, koperslager, steenhouder, mandenmaker, stoelenmatter enz.
De teuten waren gegroepeerde handelslieden. Ze trokken door het gehele land maar ook vaak naar het buitenland. Ze kochten hun waren dikwijls van de ambachtsmensen op de dorpen. In iedere groep teuten bevonden zich leerlingteuten. Zij moesten de taal (onderling gebruikten zij een eigen taal) en de handelsmanieren leren, want de teuten waren zeer nette en vooraanstaande handelslieden.
Onder de teuten waren mannen die zelf ook nog een ambacht hadden, zoals b.v. de hengstenruiner, de tingieter en de varkenssnijder. In ieder dorp wat ze aandeden, verrichtten zij het nodige werk