Het was het kasteel van Breda dat in 1590 bij verrassing door de soldaten van Prins Maurits op de Spanjaarden werd veroverd met behulp van het beroemde turfschip van Breda. Schipper Adriaan Janszoon van Bergen bracht geregeld turf en brandhout naar het kasteel. Op zekere dag verstoppen zich een stel soldaten van Prins Maurits in zijn turfschip onder een lading turf. Wanneer het schip in de kasteelgracht ligt komen 's nachts de soldaten te voorschijn en heroveren het kasteel. Nu dat eenmaal in handen is van de overvallers komt ook de prins met zijn troepen naar Breda om vanaf het kasteel de stad te heroveren. Om plundering en verwoesting te voorkomen geeft het stadsbestuur van Breda de soldaten van Maurits twee maanden soldij. Door deze afkoop blijft de stad gespaard. Uit dank voor hun hulp krijgen de turfschipper en zijn knecht voor de rest van hun leven jaarlijks een geldsom.