Tekst paradegids
Jeroen Bosch had een hekel aan luilakken, veelvraten en vrekken. In zijn werk veroordeelt hij die hoofdzonden. Het voorste tafereel toont de afstraffing van luieriken. In een molen worden ze tot gehakt vermalen. Het middelste gedeelte laat zien hoe gulzige lieden aangepakt worden als ze betrapt zijn op het stelen van voedsel. In het laatste tafereel wordt de foltering van gierigaards uitgebeeld. Gestraften worden door Jeroen Bosch als monsters afgeschilderd.
Juryrapport
Spel:
Het ingehouden spel illustreerde op overtuigende wijze de zonde van de luiheid, gulzigheid en gierigheid. Het feit dat er geen tekst gebruikt werd, vormde geen belemmering voor goed spel. Integendeel: in stilstaande beelden en in het uitdrukken van de boodschap kwamen de mimische kwaliteiten tot uitdrukking. De opbouw van het geheel was een lust voor het oog.